Friedrich Nietzsche wordt meestal als filosoof beschouwd, en niet als vakwetenschapper. Toch kreeg hij aan het gymnasium en aan de universiteit een opleiding in de klassieke filologie en werkte hij tien jaar lang als hoogleraar in de filologie. De tijd waarin hij hoogleraar was, van 1869 tot 1879, was ook de tijd waarin de taalkunde als universitaire wetenschap opkwam.